top of page
1. Ligging
De fusiegemeente Scherpenheuvel-Zichem bevindt zich in het noorden van de provincie Brabant, arrondissement Leuven.
Ze grenst ook aan de provincies Antwerpen en Limburg.
De totale oppervlakte bedraagt 5064ha.
Deelgemeenten:       Averbode                  904ha
                                   Kaggevinne               547ha
                                   Messelbroek 578ha
                                   Scherpenheuvel        682ha
                                   Testelt                        670ha
                                   Zichem                       1665ha
Het aantal inwoners +/- 23000(anno 2020)
De Demer verdeelt Scherpenheuvel-Zichem in 2 geografische streken:
  Ten noorden : de Kempen (Zuiderkempen)
Ten Zuiden  : het Hageland
2. Het gewestplan te Scherpenheuvel-Zichem
op het gewestplan, nagaan, ontdekken we onmiddellijk drie
“hoofdkleuren” :
- geel              : landbouwgebieden- groen           : bos-, park-, natuurgebieden en reservaten.- rood  : woongebieden.
Woongebieden
------------------------
We kunnen met zekerheid vaststellen dat we te doen hebben met een landelijk gekarakteriseerd gebied. Deze gebieden kennen de typische lintbebouwingen.
Tevens zien we veel woonuitbreidingsgebieden.
Industriegebieden
--------------------------
Enkel ambachtelijke bedrijven, kleine en middelgrote ondernemingen
worden er voorzien.
Geen gebieden voor zware industrie.
Agrarische gebieden
-----------------------------
Zeer veel landbouwgebieden, deels zelfs met ecologische waarde en enkele landschappelijk waardevol.
Natuurgebieden
------------------------
Talrijke natuurgebieden, uitgebreide en kleine, zijn gelegen op het grond-
gebied van Scherpenheuvel-Zichem.
Vooral de Demervallei zorgt voor één groot natuurgebied.
Hierin bevinden zich trouwens enkele natuurgebieden met wetenschappelijke waarde ® : Kloosterbeemden en Vierkensbroek.
Rekreatie
--------------
Rekreatiegebieden (o.a. De Vijvers te Averbode ) en enkele gebieden voor dagrekreatie kan men zeker terugvinden.
3. Het relief
grens tussen laag en middden België.
De hoogte van de Demervallei is ongeveer 20m boven de zeespiegel.
De randen rond de vallei zijn hoger en gaan naar het zuiden toe naar hoogten boven de 50 m.
Enkele hoogten: Weefberg (50m), Voortberg (50m), Mannenberg(67.5m),
Hoensberg (67m), en Eggersberg (77m).
Het reliëf stijgt van Noord naar Zuid. De heuvels rond de Demervallei hebben een ZW-NO richting.
Hoogten en laagten kunnen ontstaan o.a. door beweging van de aardkorst
(tektonische beweging), door afzetting door de zee of door rivieren,
ofwel door uitschuring of erosie.
Wat is er bij ons gebeurd?
Door de overspoeling of transgressie van de Diesterse zee, die ging van aan het Kempische plateau (Limburg) tot aan de Vlaamse Ardennen in Zuid-
Vlaanderen, werd op het einde van de tertiaire periode groen zand afgezet in de streek van Zuider-Kempen en Noord-Hageland.
Dit gebeurde in de vorm van zandbanken of van duinen. Dit groen zand
werd door scheikundige werking verhard tot ijzerzandsteen (Diesterse steen)
tot een dikte van soms meer dan 4 meter.
Zo boden de koppen van onze heuvels weerstand aan erosie.
Er zijn weinig fossielen in deze ijzerzandsteen. Het ijzergehalte is nog geen
5%, maar door zijn hardheid was hij een geschikt bouwmateriaal.
Vandaar onze kerken en oude gebouwen in bruine ijzerzandsteen.
Speciaal te vernoemen is de Voortberg (50m) “ die daar op zijn gat ligt te wachten tot er iets gebeurt” ( Ernest Claes).
Deze heuvel ligt alleen in de Demervallei afgezonderd.
Hij werd door de Demer omspoeld in de loop der tijden en wordt genoemd:
een meanderberg of kronkelberg.
Op de rand van de Demervallei vindt men ook op meerdere plaatsen terrassen,
o.a. langs de Voortberg, aan de Weefberg, in Messelbroek, deze wijzen op een langzame daling van de vallei door erosie door de Demer en zijn bijrivieren.
Buiten de heuvels vindt men nog landduinen ontstaan door bijeengewaaid
zand (vb aan de kroningskapel te Averbode)- dit staan in verband met de bodem.
4. De bodem
De bodem: overgang van zand naar zandleem.
De bodem is de bovenste laag van de grond, daaronder ligt het zogenaamd
moedergesteente. De bodem is de deklaag.
Ten noorden van de Demer bestaat deze laag uit zand, ten zuiden uit zandleem, verder gaat het naar leem.
Deze bodemlaag is van eologische oorsprong: is gevormd door de wind.
Het is een afzetting door de wind.
Dit gebeurde tijdens de ijstijden, ongeveer 250 duizend jaren geleden.
Er was een zeer koude periode met hoogdrukgebied in Nederland, de gletsjers
kwamen tot in Nederland.
De koude wind waaide naar het zuiden met zand- en leemstormen.
Zand werd eerst afgezet ( in de kempen), de lichte leem vloog verder naar het Hageland en de leemstreken ( tot 20 m dikte).
Gevolg: Averbode heeft hoofdzakelijk een zandbodem en over de Demer-
vallei vindt men vruchtbare gronden met zandleem naar leem toe.
In de Demervallei zelf is er afzetting door de rivier= rivierklei, deze afzetting gaat altijd verder, vooral tijdens overstromingen, vormt soms moerassige gronden (turf) of vruchtbare kleigronden die wel eens gebruikt werden door steenbakkerijen (Zichemse steen).
ON8RH

​Scherpenheuvel - Zichem

bottom of page